Museum Jan Corver in Budel en de paraset

Museum Jan Corver in Budel en de parasetOnlangs had ik een QSO met PI9JC, het station van het Museum Jan Corver in Budel. PI9JC wordt in de lucht gebracht door OM Louis van Erck, PA0LCE. De B2 kwam met slechts 4 Watt output bij mij S9 binnen met een zuiver toontje.

Vanuit zijn woonplaats Lage Mierde komt Louis er iedere zaterdag voor naar Budel om vanaf een kleine zolderkamer te werken met een authentieke Engelse spionageset, de B2, uit de Tweede Wereldoorlog. Hij is QRV op 3575 kHz in CW.

De geheimzinnige zolderkamer is nagebouwd in het kader van de speciale expositie “Geheime Berichten” met allerhande spionageapparatuur. Deze expositie duurt nog tot eind februari 2009.

De paraset of Whaddon MK VII

Nu is er over deze set (de paraset of Whaddon MK VII) al heel wat geschreven, maar het leek me toch aardig om er op terug te komen. Een jaar geleden had ik een verbinding met SM7EQL, die zo’n zendertje had nagebouwd met originele onderdelen (zie Pse QSL 36 in Twente Beam nummer 1 van 2008). Op zijn website (www.sm7eql.se) is heel wat informatie te vinden over dat project. Ook andere zendamateurs, gegrepen door de eenvoud en achtergrond van de set, hebben deze nagebouwd (ON9CFJ, F5XM, IK0MOZ). Er is zelfs een Paraset Club! Binnen onze afdeling heeft Willy PA0WDH zich gewaagd aan een nabouwproject en dat ziet er prima uit.

Een eenvoudige zendontvanger

De paraset is een eenvoudige zendontvanger met 2 stuks 6SK7 (detector, AF amplifier) en een 6V6 als oscillator/zendbuis. Vermogen is 4 à 5 Watt en het bereik ligt ergens tussen de 3,2 en 8 MHz. Zenden gaat via een kristal. De benodigde voedingspanning komt via een netkabeltje (aangesloten op een lampfitting) of via een vibratorvoeding aangesloten op een 6 volt accu. De antenne was meestal een lange draad, soms gecamoufleerd als waslijn. Het geheel werd ingebouwd in een leren koffer en kon “gemakkelijk en onopvallend” worden meegenomen. Het werd aan de agenten overgelaten om een geschikte accu of stopcontact te vinden. De uitzendingen werden natuurlijk zo kort mogelijk gehouden, Duitse peilwagens stonden klaar om de signalen uit te peilen. Aan de Engelse kant luisterden veelal gemobiliseerde zendamateurs naar de berichten uit bezet gebied (waarvoor de bekende HRO ontvanger werd gebruikt).

De paraset werd gebruikt door in bezet gebied neergelaten SOE-agenten en verzetsmensen in Nederland, Frankrijk of Noorwegen. Ook de opgepakte agenten van het Englandspiel waren uitgerust met een dergelijke zender.

Voor het radioverkeer met Engeland in die tijd lijkt me de paraset prima bruikbaar, gezien mijn ervaringen met QRP vanaf de diverse bergen. Er zijn op 40 meter uitstekende verbindingen te maken over een skipdistance van 500 tot 1000 km.

Amateur-examens in de USA

Evenals in Nederland worden de amateur-examens in de USA niet meer afgenomen door de overheid (FCC) maar door vrijwilligersorganisaties. Er zijn inmiddels 14 van deze instituten, waarvan de ARRL de grootste is (men neemt 65% van de examens af). Bij ieder examen moet minstens drie geregistreerde “volunteer examiners” (VE) aanwezig zijn. Per jaar worden rond de 5000 examens afgenomen, waarvoor meer dan 25.000 vrijwilligers (vaak zendamateurs) druk bezig zijn. De examenuitslagen worden ter plekke beoordeeld en de kandidaat krijgt, mits geslaagd natuurlijk, meteen een bevestiging. De uitslag wordt aan de FCC gestuurd die dan een roepnaam toewijst.

Niet alleen in Amerika te behalen

Het afnemen van de examens voor een US-call gebeurt echter niet alleen in Amerika! Voor $ 14 kan je in Duitsland meedoen aan een examen – onafhankelijk van woonplaats of herkomst van de deelnemer. Er worden enige keren per jaar examens afgenomen, o.a. tijdens de HAMRADIO in Friedrichshafen (www.us-lizenz.de). De eerstvolgende examens zijn op 4 en 25 april. Bij de schriftelijke examens dient men voor Technician Class 26 van de 35 vragen goed te beantwoorden of 38 van de 50 bij Extra Class. Basis voor de kennis kan men halen uit het ARRL leerboek.

Bovendien moet je wel zorgen voor een Amerikaans postbusadres, want de FCC stuurt geen officiële brieven naar het buitenland. De vraag is natuurlijk “wat doe je er mee?”. In de eerste plaats is het handig als je voor langere tijd gaat wonen in Amerika. Verder kun je met een Amerikaanse call gemakkelijker een gastlicentie krijgen in landen als Ecuador, Guyana en Samoa, waarschijnlijk ook Aruba, zonder de lokale examens te doen.

Klassenverschil in Amerika

Nog even de vergunningen in Amerika. Je hebt drie klassen: Technician, General en Amateur Extra. Technician Class is een instapklasse voor gebruik van frequenties boven de 50 MHz en een paar smalle bandjes in de 80, 40 en 15 meter band (alleen CW). Op 10 meter mag je in CW, SSB en digitale modes werken. De General Class is de klassieke licentie met alle WARC banden en 160 meter, maar wel met enige beperkingen op 80, 40, 20 en 15 meter. De Extra Class geeft onbeperkt toegang tot alle in Amerika toegelaten amateur-frequenties. Toezicht op het gebruik van de amateurbanden wordt gedaan door “Official Observers”, vrijwilligers van de ARRL die de banden monitoren en amateurs wijzen op problemen voordat de FCC officieel ingrijpt met sancties tegen de desbetreffende amateur.

Nog even over de antenne

Tot slot wat over de antenne. Een amateur vraagt zich af hoe goed een voor de zender ontworpen antenne functioneert als deze alleen voor ontvangst wordt gebruikt. Hij luisterde op zijn resonante dipool voor 40 meter gevoed met een coaxkabel naar signalen in de 20 meterband, maar kon alleen de sterkste signalen horen. Als hij dan overschakelde op een resonante dipool voor 20 meter (dus 2 x 5 meter) was de ontvangst veel beter. Hoe zit dat nu als je de coax vervangt door een open voedingslijn (kippenladder)?

In de eerste plaats geeft een dipool voor 40 meter (2 x 10 meter) met open lijn een gain van 2 dB, dat is dus al mooi meegenomen. Verder heeft een open lijn slechts minimale verliezen vergeleken met de coaxkabel. Bij ontvangst gaat het zeker beter. Op 20 meter zal de 40 meter dipool een misaanpassing geven van ca. 40 : 1, waardoor het grootste gedeelte van de ontvangen signalen wordt gereflecteerd in de antenne zonder dat er veel via de coax in de ontvanger komt. Door gebruik te maken van de open lijn en passende tuner, stemt de tuner de voedingslijn en antenne af en zullen alle signalen de ontvanger bereiken!

73,
Hans, PA0HRM

Dit is een herdruk van PSE QSL bericht 46 zoals ooit in het blad Twente Beam van VERON afdeling Twente verschenen.